afb. 1956
Altaar van de Kerk, gesticht ter herdenking van de honderdste verjaardag van de teruggave van de Sint Janskerk aan de rooms-katholieken, 8 december 1910. Er waren intekenlijsten voor bijdragen en in een circulaire aan de parochianen werd medegedeeld met welke voorstellingen het altaar versierd zou worden: de stichting der Kerk door de nederdaling van de Heilige Geest, de drievoudige strijdende, lijdende en zegepralende Kerk en als omlijsting van het middenpaneel de Acht Zaligsprekingen.84 In 1911 was het voltooid. Het drieluik is geschilderd door J. Anthony, de beeldengroepjes der acht zaligheden zijn gesneden door H. van der Geld. | 345 |
Noten | |
84. | In de Provinciale Noordbrabantsche en 's-Hertogenbossche Courant van dinsdag 13 december 1910 het verslag van de eeuwfeestviering met grote pontificale processie en speciaal gecomponeerde liederen. C.F.-X. Smits en Vincent Cleerdin hadden liever een ander altaar geplaatst gezien, zie hoofdstuk 4, noot 170. |
In het jaar 1910 werd met grote dankbaarheid en luister gevierd dat onze kerk vóór 100 jaar door Keizer Napoleon werd teruggeschonken aan de katholieken. Tot blijvende en dankbare herinnering werd toen in onze kerk opgericht het ALTAAR DER KERK GODS d.i. der strijdende, zegevierende en lijdende Kerk. Dit altaar wordt aangetroffen in de chooromgang in de eerste der z.g. straalkapellen en vraagt in deze dagen wel bijzondere aandacht. Het is een groot vleugelaltaar met zwaar vergulde lijst, vol diep-uitgestoken figuurgroepen en met geschilderde luiken, die de Katholieke Kerk voorstellen, lijdend, strijdend en zegepralend, op het Pinksterfeest door de nederdaling van de Heilige Geest op aarde gevestigd. Het schilderwerk is van de kunstschilder Jan Anthony te Antwerpen en het beeldhouwwerk van beeldhouwer H. van der Geld. | 53 |
A.H.E.M. Jansen, A.J.C van Leeuwen en G.P.P. Vrins, 'Arbeyd sere voert tot eere' LXXX (1989) 136 (afb. 76)
C. Peeters, De kathedrale basiliek van St. Jan te 's-Hertogenbosch (1973) 47
C. Peeters, De Sint Janskathedraal te 's-Hertogenbosch (1985) 28, 345, 449 (170n)
J.J.M. van Susante (voorwoord), Sprekende stilte (1958) 53-56